Nieuwe AM Powerranking: Trio nieuwkomers in de lift, alles draait nu om funding
Voor de nieuwe toetreders draait nu alles om de onvoorwaardelijke steun van de belangrijkste investeerders (of moederbedrijf). Want op een enkeling na verdient niemand geld in Europa en bijna niemand zal dat snel gaan doen. Toch zijn de vooruitzichten niet per se verslechterd.
Ondanks de zware marktomstandigheden en geopolitieke spanningen zijn er toch drie merken die in de hoofdlijst van de nieuwe AM Powerranking een hogere slagingskans krijgen toegedicht. Daar staat tegenover dat er vier afvallers genoteerd werden (waarvan Fisker de bekendste) en drie merken worden gedowngrade, vooral omdat ze de verwachtingen (nog) niet hebben ingelost. Al met al een redelijk score in een tijd waarin niet alleen veel nieuwkomers, maar ook de gevestigde orde vecht voor zijn bestaan.
In de Powerranking is voor het eerst een onderscheid gemaakt tussen aanwezige merken en merken die gemeld hebben naar Europa te komen, dit omdat inmiddels wel is gebleken dat veel (vooral) Chinese merken melden dat ze komen, zich op een beurs presenteren en vervolgens toch besluiten het avontuur in de ijskast te zetten.
Staatsbemoeienis
Dat alles draait om funding is geen verrassing. De tijd die nodig is om break-even te bereiken is voor bijna alle nieuwe merken jaren langer dan vooraf gedacht. En bijna alle merken in de hoofdlijst hebben dan ook een sterke fabrikant achter zich staan of worden gefinancierd door staten, dan wel hun investeringsfondsen. Een fabrikant als Vinfast was zonder de steun van Vietnam zonder meer failliet gegaan, terwijl Turkije met hoge importheffingen voor EV’s (aanzienlijk hoger dan die van de EU) marktvraag voor Togg wist te creëren. Lucid en Nio hebben dankzij vele oliedollars ook de tijd om te bouwen.
Nu kent de automotive een rijke geschiedenis aan mislukte staatsbemoeienis met de auto-industrie, dus een garantie op succes is het niet. Maar zonder deze steun had praktisch geen van de nieuwe toetreders überhaupt een serieuze kans gehad, zoals Fisker, Hiphi, Neta en E.Go bewijzen.
[Tekst gaat verder onder de afbeelding.]
Lerend vermogen
Er is brede consensus in de automotive dat BYD, SAIC (MG), Geely en waarschijnlijk Chery (Omoda) de Chinese fabrikanten zijn die een plek op de Europese markt weten te veroveren. En de importheffingen maken de kans op succes voor deze partijen eerder groter dan kleiner, want het dwingt ze te investeren in Europa, iets wat veel concurrenten niet kunnen. En het betekent dat ze Europa beter zullen (moeten) leren begrijpen. Nog steeds vindt het Chinese topmanagement het lastig te begrijpen dat Europa niet één homogene markt is maar een enorme verzameling van regio’s, met allen eigen gebruiken, gewoonten en talen. Automotive-kenner Pieter Gabriëls, die zowel nieuwkomende OEM’s als Europese distributeurs adviseert, verbaast zich over het gebrek aan lerend vermogen in de industrie.
De ernst van een nieuwe automotive wereldorde lijkt maar langzaam in te dalen bij importeurs en dealers
“Er is heel veel focus op de kwaliteit van de Chinese auto’s en de features daarvan en maar weinig voor de gekozen distributiemodellen. Dat zou andersom moeten zijn, want supercompetente producten zijn een keiharde voorwaarde en geen prestatie op zich of garantie op succes. Mijn waarneming is dat de top-5 retailers slechts drie tot vier Chinese spelers serieus neemt. Dealergroepen die zich nu – al dan niet nationaal opwerpen als landelijke dealer of importeur – moeten zich afvragen wat ze doen in termen van investeringen en reputatiemanagement. Daar zie ik wel wat risico’s onderschat worden.”
Dat leasemaatschappijen meer focus aanbrengen, snapt Gabriëls. “Dat heeft deels te maken met het inschatten van restwaardes, maar vooral ook op het (ontbreken) van betrouwbare aftersales met een relevant netwerk.” Overigens kunnen de traditionele merken zeker niet achterover leunen. “De ernst van een nieuwe automotive wereldorde lijkt maar langzaam in te dalen bij importeurs en dealers, terwijl de Westerse fabrikanten een keiharde strijd voeren voor hun voortbestaan.”
Het marktaandeel van alle nieuwkomers is dit jaar licht gestegen. Begin dit jaar lag het rond de 3 procent, inmiddels is dat 4 procent (bijna 14 duizend registraties). Daarmee zouden ze opgeteld net in de top 10 van meest verkopende merken in Nederland staan. De verwachting bij analisten is dat in de komende vijf jaar het marktaandeel zal groeien naar een percentage tussen de 10 en 30 procent.
Geely
Op de thuismarkt is BYD inmiddels oppermachtig, waardoor het bedrijf zich nog missers in Europa kan veroorloven. Voor Geely ligt dat iets anders. Dat is weliswaar zeer succesvol in China, het heeft een reeks aan merken in de markt gezet die stuk voor stuk zwaar verlieslatend zijn. En dus schuiven de panelen nu. Zeekr moet Lynk&Co kopen, terwijl in België en Nederland Volvo-dealers worden ingeschakeld om de verkoop een boost te geven. Het is de opmaat naar vergaande rationalisatie en integratie.
Voor de Geely-merken is het zaak om allereerst de intrabrand-concurrentie om geld en aandacht te winnen. Het maakt dat ze allemaal voorzichtig worden beoordeeld, terwijl ze in aantallen allemaal tot de voorhoede behoren (van de nieuwkomers in de respectievelijke segmenten). Om kans van slagen te hebben zijn niet alleen goede producten, een goede retailstrategie en een dosis geluk nodig, maar ook de (liefst) onverdeelde steun van de belangrijkste investeerders. Zeker met zware economische tijden in het vooruitzicht.
Over de AM Powerraking:
Voor de AM Powerranking wordt een groot aantal variabelen meegewogen, variërend van de financiële positie van de fabrikanten tot de positionering van de merken/modellen, de retailstrategie, de prijsstelling en de kwaliteit van de Europese organisaties.
The post Nieuwe AM Powerranking: Trio nieuwkomers in de lift, alles draait nu om funding first appeared on Automotive Online.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!